Er zijn verschillende manieren om zwangerschap te voorkomen. We noemen dit voorbehoedmiddelen of anticonceptiemiddelen. In dit bericht beschrijven we enkele nieuwe methoden. Deze hebben als nadeel
dat er nog weinig ervaring mee is opgedaan. Daardoor is er minder bekend over de betrouwbaarheid, de bijwerkingen en de eventuele risico’s voor uw gezondheid (veiligheid), ook op de lange
termijn. Als een voorbehoedmiddel heel betrouwbaar is, is de kans op zwangerschap heel klein. De betrouwbaarheid wordt uitgedrukt in percentages: bijvoorbeeld de kans op zwangerschap is 0,1 procent
(0,1%) per jaar. Dit betekent dat als 1000 vrouwen één jaar lang het bedoelde voorbehoedmiddel gebruiken, er gemiddeld één vrouw zwanger wordt.
Vruchtbaarheid en bevruchting
Bij de vrouw komt ongeveer twee weken voor de menstruatie een eicel vrij uit een van de eierstokken (de eisprong). De eicel kan gedurende een dag na de eisprong bevrucht worden. Na enkele dagen komt
de eicel via de eileider in de baarmoeder. Ondertussen verandert het slijmvlies van de baarmoederholte zodat een bevruchte eicel zich er kan innestelen. Als geen bevruchting heeft plaatsgevonden,
worden de eicel en het baarmoederslijmvlies afgestoten. Dit is de menstruatie.
De man produceert iedere dag nieuwe zaadcellen. Zaadcellen die in de vagina komen, zwemmen via de baarmoedermond naar de baarmoederholte en van daar naar de eileiders. Daar kunnen de zaadcellen twee
tot vier dagen in leven blijven. Als er gedurende die tijd een eicel vrijkomt, kan een van de zaadcellen de eicel bevruchten. De bevruchte eicel nestelt zich in het baarmoederslijmvlies. De
menstruatie blijft uit en de zwangerschap is begonnen.
Aangezien de zaadcellen dus wat langer in leven blijven, kan geslachtsgemeenschap vanaf drie dagen voor tot één dag na de eisprong tot bevruchting leiden.
De nieuwe minipil
De minipil bevat het hormoon progesteron. Dit houdt de eisprong tegen en maakt het slijm van de baarmoedermond minder doorgankelijk voor zaadcellen. Neem de minipil (zonder stopweek) iedere dag op
ongeveer dezelfde tijd in, anders is het niet betrouwbaar. De kans op zwangerschap is 0,5% per jaar. De minipil kan onregelmatig bloedverlies geven.
De vaginale anticonceptiering
De vaginale ring geeft de hormonen oestrogeen en progesteron af die door het slijmvlies van de vagina worden opgenomen. U kunt de ring zelf in de
vagina inbrengen en na drie weken weer verwijderen. Er volgt een ringvrije week waarin u menstrueert. Daarna brengt u een nieuwe ring in. De vaginale ring is minder betrouwbaar dan de pil en bijna zo
betrouwbaar als het koperspiraaltje. De kans op zwangerschap is ongeveer 1,2 % per jaar. Over de veiligheid en bijwerkingen op de lange termijn is nog weinig bekend.
De anticonceptiepleister
De pleister bevat de hormonen oestrogeen en progesteron, die via de huid in het bloed worden opgenomen. Gedurende drie weken plakt u iedere week een
nieuwe pleister op de huid. Daarna volgt een pleistervrije week waarin u menstrueert. Vervolgens gebruikt u weer drie weken elke week een pleister. De kans op zwangerschap is ongeveer 0,9% per jaar.
Over de veiligheid en bijwerkingen op de lange termijn is nog weinig bekend.
Het implantatiestaafje
Het implantatiestaafje wordt onder de huid van de bovenarm ingebracht en geeft progesteron af. Het kan drie jaar blijven zitten, maar veel vrouwen willen
het eerder laten verwijderen omdat ze onregelmatige bloedingen krijgen. Het staafje is betrouwbaar mits het goed wordt ingebracht. Het inbrengen en verwijderen kan soms problemen geven. Over de
veiligheid en bijwerkingen op de lange termijn is nog weinig bekend.
Kijk voor meer informatie op:
NHG-Patiëntenbrieven over
Anticonceptie
Stichting Anticonceptie Nederland
Bron: Nederlands Huisartsen Genootschap, juni 2004